Opening expositie over de Europese beeldenroute ´Strasse des Friedens´ - Grote Kerk - 22 april 2018
Opening expositie over de Europese beeldenroute ´Strasse des Friedens´ - Grote Kerk - 22 april 2018
+ 5/6 de documentaire Das geht nur langsam ...
De expositie gaat over een beeldenroute dwars door Europa ontstaan is 'als blijvend monument tegen oorlog en geweld. De betrokken kunstenaars en initiatiefnemers willen met deze route een bijdrage leveren aan de verdieping van het onderling begrip tussen de Europese landen en volken'. Met veel foto's, beelden en enkele objecten geeft de tentoonstelling een idee van de ontwikkeling van deze kunstroute. Enkele kunstenaars die een bijdrage aan deze permanente route geleverd hebben waren bij de opening aanwezig.
Rinka van Ipenburg speelde een Mazurka van Chopin en Prelude van Vangelis.
De tekst van de openingstoespraak van de voorzitter de vereniging "Straße des Friedens, Cornelieke Lagerwaard, volgt hieronder*.
Dinsdag 5 juni om 19.30 uur werd de documentaire 'Das geht nur langsam ...' vertoond. De film gaat over over het ontstaan van de beeldenroutes. De bedoeling is dat er twee komen. een van Nederland tot aan de Middellandse Zee en een van het Nauw van Calais tot aan Noord-Polen. In Polen bij Llubjin lag het vernietigingskamp van de Duitsers Majdanek in de buurt waarvan het spoor van de gedeporteerde kunstenaar Otto Freundlich verloren ging. Hij pleitte voor de oorlog al voor een internationaal vredesteken.
te zien t/m 17 juni, info GroteKerk
©2018 Gerard Monté
*De tekst van de openingstoespraak van Cornelieke Lagerwaard:
Geachte aanwezigen,
het is eigenlijk een wonder, dat ik hier voor u sta en u iets ga vertellen over de
tentoonstelling, die u hier ziet.
Echt een wonder, want onze oude website functioneert nauwelijks en de nieuwe is
nog niet klaar, we zijn net bezig met een nieuwe structuur, we weten dat er eigenlijk
te weinig borden bij de beelden staan en ze zijn niet altijd goed te vinden – en toch –
en toch ontdekte een wandelaarster in Luxemburg niet alleen een prachtige
beeldenroute, ze kwam gelukkig ook langs ons informatiebord en las daar over het
hoe en waarom van die beelden, en werd nieuwsgierig. Toen merkte ze vast dat de
website niet functioneerde maar landde uiteindelijk toch bij mij, hoewel ik in een
museum in Duitsland werk en die mailadres niet op het bord stond.
Gelukkig maar, dat ze genoeg energie had, om een beetje te zoeken.
Misschien hebben sommige van u de tentoonstelling al een beetje bekeken, iets
gelezen, of met de twee kinetische sculpturen gespeeld, waar je inderdaad aan mag
komen – en misschien heeft u daarbij ontdekt, dat het geen doorlopend verhaal is,
dat er hier verteld wordt, maar dat steeds een nieuw gezichtspunt of thema wordt
aangesproken. Op een andere manier is dit verhaal ook niet te vertellen. Het is een
bundeltje van rode draden, het loopt niet overzichtelijk van A naar B, maar is een
knooppunt van verschillende oorzaken die ook weer verschillende uitwerkingen tot
gevolg hebben. Zo bekeken is het dus uit het leven gegrepen. Het is niet bedacht,
maar gewoon gegroeid.
In deze expositie zijn foto’s te zien van een beeldenroute, die dwars door Europa
loopt en die in zijn geheel als een blijvend monument bedoeld is tegen oorlog en
geweld. Deze route dient ter versterking van het wederzijds begrip tussen de
Europese landen en volken, als het ware door de zeggingskracht van kunst. Die moet
dus een hoge kwaliteit hebben. Dat wordt door de inzet van professionele Jury’s
gewaarborgd, waarin vooral specialisten (kunstenaars, kunsthistorici etc.) zitten. Het
kriterium is dus niet in eerste instantie de maatschappelijke relevantie van een
kunstwerk, want dan loop je juist gevaar, dat kunstenaars zich verliezen in een
oppervlakkig politiek-correct discours.
Er wordt al veertig jaar gewerkt aan dit project, maar het achterliggende idee om
beelden als bakens voor de vrede in te zetten, ontstond in zijn rudimentaire vorm in
de jaren dertig van de vorige eeuw. Dit is eerste rode draad in onze verhaallijn.
Destijds beschreef de Duits-Joodse kunstenaar Otto Freundlich architecturale
“sculpturen voor de mensheid”, zoals hij het uitdrukte, als “bakens van vrede en
kunst”. Een soort ontmoetingscentra voor iedereen, dus niet alleen voor kunstenaars,
voor schrijvers en musici, voor wetenschappers, maar ook voor alle mensen, die met
elkaar in gesprek willen gaan. Hij maakte toen ook een maquette van zo’n gebouw.
In die tijd van dreigende oorlog en beginnend nationalisme was dat natuurlijk
opmerkelijk. Helaas overleefde Freundlich de oorlog niet, hij werd door de nazis
vermoord. En zijn idee zou verloren zijn geweest, als zijn vrouw, de beeldend
kunstenaar Jeanne Kloss, daar na de oorlog niet opnieuw aandacht voor had opgeëist
en de zaak nader beschreven had. De tweede rode draad. Zij noemde toen voor het
eerst de twee trajecten: van noord (Nederland) naar zuid (Pyreneeen) en van west
(Normandie) naar oost (Moskou) en sprak ook voor het eerst over beelden, niet meer
over gebouwen. Maar ook dit initiatief kwam nauwelijks van de grond.
De Duitse beeldhouwer Leo Kornbrust, geboren in 1929, is een sleutelfiguur in dit
verhaal. Hij studeerde beeldhouwkunst aan de Akademie der Bildenden Kunst in
München. Van 1977 tot 1994 was hij zelf hoogleraar aan deze academie. De basis van
bijna al zijn werk is de menselijke figuur, ook al lijkt zijn latere werk op het eerste
gezicht abstract. Een voorbeeld daarvan is de sculptuur, die hier in de tentoonstelling
te zien is. Het geometrische steenblok is een geabstraheerde “Torso”, met een smalle
lijn in het midden, als een soort wervelkolom. Het laat zien, hoe kwetsbaar het
menselijk lichaam eigenlijk is.
Leo Kornbrust werd op 15 jarige leeftijd opgeroepen voor de oorlog, een ervaring die
diep in zijn ziel is gegrift. Hij heeft zelf die kwetsbaarheid meegemaakt. Dit is mede
een reden waarom hij zich zo enorm voor de vrede heeft ingezet, het is ook weer één
van de rode draden, die dwars door dit verhaal lopen.
Leo Kornbrust is nu bijna 89, en niet meer helemaal gezond, maar hij is nog steeds
heel erg betrokken bij het project. Hij weet, dat deze tentoonstelling nu geopend
wordt, en hij is er in gedachten bij. Zijn eigenlijke levenswerk begint zo’n 50 jaar
geleden, toen hij het initiatief nam voor het eerste Internationale
Beeldhouwerssymposium in de deelstaat Saarland, vlak aan de Franse grens. Hij had
het concept in 1967 leren kennen, toen hij door een bevriende beeldhouwer
uitgenodigd was om in Oostenrijk aan een dergelijk symposium deel te nemen.
Dat is een verdere rode draad: het revolutionaire idee van de Oostenrijkse
beeldhouwer Karl Prantl, om kunstenaars uit te nodigen om samen een paar
maanden lang ergens op een bepaalde plek te werken. Zo’n 50 jaar geleden was dit
voor beeldhouwers een geheel nieuwe ervaring. Het concept van zo’n symposium is
tot op heden nog steeds een groot succes, niet alleen omdat de kunstenaars met
elkaar van gedachten kunnen wisselen, maar ook omdat een symposium ze bijv. de
kans geeft door gezamenlijke acties maatschappelijke betrokkenheid te tonen.
Dus organiseerde Kornbrust iets dergelijks in St. Wendel. Samen met een aantal
internationaal bekende kunstenaars schiep hij in 1971 en 1972 veertien sculpturen.
Dat dit symposium een paar jaar later werd uitgebreid tot een beeldenroute, kwam
door twee gebeurtenissen, die allebei in 1973 plaatsvonden. Weer twee
puzzelstukjes in dit verhaal.
Ten eerste braken er toen tijdens bouwwerkzaamheden vlak bij het stadje St. Wendel
grote brokken zandsteen uit een rotswand, waarvoor een plek gezocht moest
worden, en ten tweede werd er een wandelweg langs de grens van Saarland
aangelegd, die toevallig ook door het terrein van het symposium liep. Kornbrust liet
de stenen toen langs het nieuwe wandelpad plaatsen, en in 1977 werkten hier de
eerste beeldhouwers.
Inmiddels was het werk van Otto Freundlich voor naoorlogse kunsthistorici ook weer
interessant geworden en verschenen er publicaties over zijn werk. Ook Leo Kornbrust
hoorde in die tijd voor het eerst iets over het idee, beeldenroutes voor de vrede te
bouwen – de concrete plannen van echtgenote Jeanne Kloss werden in de literatuur
voor het gemak aan Freundlich toegeschreven. Haar eigen rol werd later pas erkend.
In ieder geval was Kornbrust zo onder de indruk van dit idee, dat hij in 1979 zijn eigen
Straße der Skulpturen aan Otto Freundlich opdroeg. Deze beeldenroute van ca. 20
km behoort dus tot het oudste deel van de Straße des Friedens.
Inmiddels is er een internationaal netwerk van kunstprojecten en vredesinitiatieven
ontstaan en bevinden zich langs de twee trajecten meer dan 500 beelden. Maar dit
netwerk zelf is op het eerste gezicht een nogal onoverzichtelijke kluwen van
projecten. Het is ook niet zo, dat alle partner steeds tegelijk allemaal actief zijn. Ik
beschouw het netwerk meer als een soort amoebe, een eencellig diertje, dat van
vorm kan veranderen door het uitsteken en intrekken van schijnvoetjes. Met behulp
van deze schijnvoetjes beweegt de amoebe zich voort en voedt zich.
Wat betreft ons project Straße des Friedens steekt de amoebe hier en daar zijn
schijnvoetjes uit, daar is het actief, beweegt zich voort en voedt zich – actueel
bijvoorbeeld in Normandië en in ’s-Hertogenbosch. Oude actieve schijnvoetjes, in
Polen en bijvoorbeeld in Verdun, het beroemde Vredescentrum in Frankrijk, zijn nu
ingetrokken, er gebeurt daar nu even niets. In de Pyreneeën ontstond tien jaar
geleden een kunstcentrum met een heel geëngageerd team, nu zijn de
initiatiefnemers terug naar Parijs, en gaat alles nog een paar jaar langer duren als
gepland – even geen voortbeweging, even geen voeding. Dat geeft allemaal niets.
Het gaat om het dynamische proces, om de wil, iets tot stand te brengen.
Ikzelf ben dertig jaar geleden actief geworden. Ik leerde toen Leo Kornbrust kennen,
en heb in de loop van de tijd het werk van de Weg van de Vrede in het
tentoonstellingsprogramma van het museum in St. Wendel geintegreerd. Ik was in
2004 medeoprichter van de Verein Straße des Friedens. De toenmalige kleine club
enthousiastelingen uit de jaren 70 ging als het ware met pensioen, er was een nieuwe
organisatie nodig.
Mijn eigen rode draad begint met mijn ouders, die in Haarlem in de oorlog in het
verzet zaten, en ik ben opgegroeid met veel verhalen over “goed” en “fout”, wat ik
later heb leren relativeren. Het gaat verder met het feit dat ik in Duitsland ging
wonen, wat voor mijn ouders in het begin erg moeilijk was. Na een paar jaar waren ze
er niet alleen mee verzoend, dat ik daar woonde, maar ook verzoend met hun eigen
wrok tegen de Duitsers in het algemeen, omdat ze geleerd hadden, dat mensen
gewoon mensen zijn.
In deze tentoonstelling vindt u ook een paar voorbeelden van actuele projecten. De
kunstenares Isabelle Federkeil thematiseert met haar kinetische sculpturen
levenswegen en menselijk handelen – en vraagt zich af, in hoeverre wij in onze eigen
keuzes vrij zijn. Het kunstenaarsduo Henk Wijnen en Wim van Sijl is bezig met een
serie van zogenaamde “nieuwe schuttersstukken”, waarbij ze de structuur van
hedendaagse organisaties doorlichten en verbeelden – ook de vereniging Straße des
Friedens was in 2013 onderwerp van zo’n compositie. En U kunt zich misschien ook
bij het bekijken van deze tentoonstelling afvragen, waar uw eigen rode draad
langsloopt, als het om de vrede in de wereld gaat.
Leo Kornbrust was getrouwd met de dichteres Felicitas Frischmuth. Hij de man voor
het visuele gebeuren, zij de vrouw van het woord. Samen waren ze een perfect team.
Ik wil nu graag afsluiten met een kort gedicht van haar. Het luidt:
Wenn keiner drauf geht,
Verwächst der Weg.
Wenn wir nicht gehen,
Verwächst der Weg.
Het betekent zoiets als: als niemand voor dit pad kiest, groeit het dicht. Als wij dit pad
niet kiezen, groeit het dicht.
Dus niet afwachten, tot eerst iemand anders daar gaat lopen, maar zelf gewoon met
lopen beginnen. Het betekent, dat iedereen zelf voor de vrede op de wereld
verantwoordelijk is.
(c) Cornelieke Lagerwaard